Het stroomnet raakt vol, meer aandacht nodig voor energiebesparing als oplossing

9 jan 2023 | Blog post | door Evelien Smit

Het Nederlandse stroomnet raakt vol. Elektriciteitsbesparing kan helpen in het voorkomen en oplossen van dit probleem. De rol voor besparing krijgt nog onvoldoende aandacht, een gemiste kans voor het versnellen van de energietransitie, vindt Evelien Smit, consultant bij Common Futures. 

 

Belangrijke elementen van de energietransitie zijn de toenemende installatie van duurzame opwek en de elektrificatie van energievraag in de industrie, mobiliteitssector en gebouwde omgeving. Beide ontwikkelingen zorgen voor een enorme toename in de vraag naar elektrische infrastructuur, waar flinke investeringen voor nodig zijn. PwC en Netbeheer Nederland verwachten dat de investeringen ten behoeve van de uitbreiding en het onderhoud van het elektriciteitsnet zullen oplopen tot ruim €94 miljard tussen nu en 2050.1 Dit wordt onderbouwd door de uitbreidingsinvesteringen die op korte termijn (2022-2024) verwacht worden door de drie grootste Nederlandse DSOs, Liander, Enexis en Stedin (respectievelijk ruim €800 miljoen, €500 miljoen en €300 miljoen per jaar).2 Behalve dat deze investeringen aanzienlijk zijn, lopen netbeheerders aan tegen maakbaarheidsproblematiek: er is een tekort aan personeel en materiaal, en er zijn te lange wachttijden in uitbreidingsprocedures zoals vergunningsaanvragen. Netbeheerders kunnen in de uitbreiding van de energie-infrastructuur, de snelle ontwikkelingen in de energietransitie niet bijbenen.

 

De gevolgen hiervan zijn duidelijk terug te zien in het nieuws. Het NOS melde in juni 2022 dat het stroomnetwerk in Limburg en Noord-Brabant vol zit en er een voorlopige stop komt voor nieuwe bedrijven die een aansluiting willen op het net (zowel vraag als aanbod).3 Ook schreef RTL nieuws afgelopen oktober over nieuwe knelpunten voor grootverbruikers op het elektriciteitsnet in Flevoland, Friesland, Noord-Holland en Gelderland.4 Op de capaciteitskaart van Netbeheer Nederland in het onderstaande figuur is te zien dat het elektriciteitsnet in grote delen van Nederland structureel te maken heeft met congestie (rode gebieden) en nieuwe aanvragen voor transport niet worden gehonoreerd.5


Er wordt hard gewerkt aan het reduceren en voorkomen van verdere netproblematiek en nagedacht over manieren om de maakbaarheidsproblematiek te overkomen. Zo is er recent een Landelijk Actieprogramma Netcongestie (LAN) gepubliceerd onder leiding van Ben Voorhorst, namens een grote groep stakeholders.6 De acties in het LAN sturen op het versnellen van de vergunningsprocedures en het slimmer benutten van de bestaande infrastructuur door het ontsluiten van meer flexibiliteit in elektriciteitsvraag en -aanbod. Ook is er begin 2022 een Actieteam Netcapaciteit van 14 partijen (ondernemers, overheden en netbeheerders) opgezet, welke in de huidige kabinetsperiode werkt naar het realiseren van structurele oplossingen voor de huidige knelpunten op het elektriciteitsnet.7

 

Iets wat echter nog (te) weinig benoemd wordt als (gedeeltelijk) antwoord op de problematiek in de verzwaring van het net is elektriciteitsbesparing. Het gebruik van efficiëntere apparatuur en het vermijden van onnodig elektriciteitsverbruik, mits op de juiste tijd en plaats, kan bijdragen aan een verlichting van het elektriciteitsnet en de vraag naar uitbreiding van de infrastructuur reduceren. Het net wordt ingericht op de gevraagde transportcapaciteit tijdens piekuren. Momenteel is dit 18 GW, maar tot 2050 stijgt dit naar verwachting tot 40 GW. Met elektriciteitsbesparing wordt de gevraagde capaciteit op een specifiek moment en plaats verlaagd. Als deze besparing (ook) tijdens piekuren ingezet kan worden, is er minder extra infrastructuur nodig. In Nederland is deze piek dagelijks tussen 17:00 uur en 19:00 uur, wanneer we thuiskomen van werk.

 

Er zijn veel verschillende vormen van energiebesparing mogelijk. Een schrijnend voorbeeld werd onlangs gebracht door Radar: de overgrote meerderheid van de Ziggo-klanten heeft een tv-kastje in huis dat 10 keer zoveel elektriciteit gebruikt in stand-by stand als vergelijkbare alternatieven.8 Met 2,000,000 gebruikers leidt dit tot een extra basislast van wel 60 MWe. Omdat deze stand-by stand vooral actief is buiten de piekuren, heeft dit echter niet direct effect op de piekbelasting. Wel zijn er voldoende andere voorbeelden te noemen die de capaciteitsvraag tijdens piekuren kunnen beïnvloeden.

 

Zo publiceerde ABB, een multinational in elektrotechniek en automatisering, eind 2021 een white paper die beschrijft dat het merendeel van de motor-aangedreven industriële systemen, samen verantwoordelijk voor 45% van de mondiale elektriciteitsvraag, verouderd en inefficiënt is. Deze apparaten vervangen door efficiëntere exemplaren kan het wereldwijde elektriciteitsverbruik tot wel 10% verminderen.9 Vanwege het relatief vlakke vraagpatroon in de industrie, zal deze efficiëntieslag ook effect hebben op het verbruik tijdens de uren van piekbelasting. Daarnaast is er in veel sectoren onnodig verbruik te vinden, zoals terrasverwarmers die aanstaan zonder gasten, deuren van winkels die de hele dag open blijven en apparaten en machines niet volledig worden uitgezet maar in stand-by stand blijven zonder dat dit nodig is, ook tijdens uren van piekbelasting.

 

Naast inefficiënties in bestaande apparatuur, is het belangrijk om de toekomstige elektrificatie zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Een voorbeeld is de elektrificatie van het wagenpark. Het gebruik van een elektrische auto kan de elektriciteitsvraag van een gemiddeld huishouden verdubbelen en de piekvraag zelfs verhogen met een factor 5 à 10.10 Het bevorderen van energiezuinige elektrische auto’s is een belangrijke tool in het beperken van deze impact: een auto die 8 km/kWh rijdt, gebruikt 25% minder elektriciteit dan een auto die 6 km/kWh rijdt. Een efficiëntere auto hoeft minder vaak te worden opgeladen, wat met laaduren na thuiskomst rond 18:00 uur, een directe link heeft met de vermindering van de piekvraag. Wanneer het gebruik van een elektrische fiets (100 km/kWh) of normale fiets gestimuleerd wordt, is de besparingsimpact nog veel groter.

 

Bovenstaande voorbeelden laten de potentiële rol zien van elektriciteitsbesparing in het voor- en overkomen van netproblematiek. Om de besparingen te bewerkstelligen moeten middelen worden ingezet als energiebesparingscampagnes, efficiëntienormen en slimme meters/verzameling van actuele en gedetailleerde data. Elk van deze maatregelen kan bijdragen aan het creëren van groter energiebewustzijn onder gebruikers en het identificeren en voorkomen van onnodig (hoog) verbruik. Neem bijvoorbeeld het verzamelen van meer gedetailleerde verbruiksdata, door slimme meters in de gebouwde omgeving of meters op machine niveau in de industrie (zoals toegepast door het Nederlandse bedrijf Sensorfact). Door meer inzicht in energieverbruik gedurende de dag, is het mogelijk om sluipverbruik of andere opvallende patronen te identificeren en hier actie op te ondernemen. Hierin is privacy garantie natuurlijk erg belangrijk, maar met de juiste afspraken en regelgeving is dit mogelijk.

 

Kortom, elektriciteitsbesparing kan een belangrijke rol spelen in het voor- en overkomen van capaciteitsproblemen in het net en verdient meer aandacht. Het identificeren en overkomen van onnodig energieverbruik vereist inspanning, maar de tools om dit te bewerkstelligen zijn in veel gevallen beschikbaar.


1 PwC & Netbeheer Nederland (2021), De energietransitie en de financiële impact voor netbeheerders, p. 44.

2 Zoals beschreven in het Investeringsplan 2022 voor elk van de bedrijven.

5 Netbeheer Nederland, Capaciteitskaart elektriciteitsnet (netbeheernederland.nl), geraadpleegd op 04-01-2023.

9 AAB (2021). Achieving the Paris Agreement: The vital role of high-efficiency motors and drives in reducing energy consumption. See: ABB_MotionEnergyEfficiency_WhitePaper.pdf (energyefficiencymovement.com)